maandag 16 maart 2015

Tijd

Op zondag ging ik het huis uit, stapte in tram 26 en wandelde naar de Bijenkorf om een nieuwe wok te kopen. Op de heenweg zaten er twee blonde vrouwen met twee kinderen voor me, op de terugweg dezelfde vrouwen en kinderen, weer zat ik achter hen, zij óók met tassen van de Bijenkorf. Ik dacht dat zij misschien dachten dat ik hen bespioneerde. Al zou het ook andersom kunnen zijn. 
Toen ik thuis vertrok lang de koortsige jongste te slapen op de bank, man zat ernaast achter zijn laptop, en de oudste was - samen met het buurmeisje - bezig met de voorbereidingen voor Koningsdag. Dassen breien, troep (spullen waar haar 5 jaar jongere zus nog vaak mee speelt) bij elkaar zoeken die ze wil verkopen. Het duurt nog hartstikke lang voor het zover is, heb ik natuurlijk gezegd. Het is pas half maart. Ze kan niet wachten. Zoals ze ook niet kan wachten tot ze jarig is in mei. 
Ik kan wel wachten. Ik kan heel makkelijk wachten. Ik wou zelfs dat de tijd niet voorbijging. Dat het hier stopte. Ik denk dat ik niet nieuwsgierig ben naar wat er verder nog komt. Ik kan het uittekenen. Zo is het goed.
Maar toen ik terugkwam met een wok in een grote plastic tas zag ik het nieuwe, lege reuzenpapier op de kastdeur al hangen, de vakjes getekend tot zes juni. Bij de highlights een vlaggetje. Onze zelfgemaakte kalender die, na één vingerknip, alweer ingekleurd is tot beneden. 

Geen opmerkingen: