Het stel vond dat Joris flink gegroeid was tijdens zijn afwezigheid. Ook likte hij ineens yoghurt uit bakjes en was van zijn schuwheid niets meer te merken. Hij sprong op de tafel wanneer hij wilde, beet als iets hem niet beviel en maakte een harder geluid. Het was een aanhalig type geworden. Joris gedroeg zich tegenwoordig een beetje als een hond. Maar de vier witte haren op zijn borst zaten er nog. Daar hielden ze zich dan maar aan vast. Ze wenden al gauw aan de nieuwe Joris.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten