donderdag 7 maart 2013

Over horror en medelijden

In de VK lees ik deze ochtend het stuk over Stanley A. die de drang om te doden niet kon weerstaan en dus een vijftien jarig meisje neerstak. Ik krijg medelijden met Stanley A.  Een week eerder stuurde hij nog een mailtje aan zijn hulpverlener waarin stond dat hij zich zorgen maakte over zijn eigen drang om te doden. Hij vertrouwde zichzelf niet. Daarop kwam geen respons.  Er is ook medelijden met het vijftien jarige meisje natuurlijk. Die 's nachts op het verkeerde moment op het verkeerde bankje zit. Aangeschoten, telefoon leeg, tussen twee feestjes in daar terechtgekomen in plaats van op het logeeradres. Maar ik ben meer bezig met Stanley A. die terugkomt van een avondje triviant met vrienden en het meisje een slaapplek biedt omdat het koud is. Hij laat haar de hele nacht met rust. Ergens in de ochtend, nadat zijn vader en vriendin op citytrip zijn gegaan, houdt hij het niet meer. Dat omslagpunt fascineert me.
Daarna lees ik in NRC over het vreselijke wezen dat Mama heet.
Er is een nieuwe horrorfilm uit: Mama. Dat had ik bedacht willen hebben. Al is de Mama uit de horrorfilm niet de echte mama van de kinderen, naar ik begrijp uit de stukken. Ik zou dat wel de echte moeder hebben laten zijn. Dat is nog veel enger. Maar misschien te realistisch.
Ook lees ik dat horror een vrouwengenre is. Goede horror wekt begrip voor het monster. (....) De dader, het monster: die is interessant want onbegrepen. (...) Dr. Jekyll en de weerwolf zijn mannen met gebrekkige impulscontrole en daaropvolgend schuldgevoel. Identificatie met het monster maakt horror tot een vrouwengenre.
Die gebrekkige impulscontrole, dat is het.

1 opmerking:

Anoniem zei

Mama, blijf bij je leest.