zondag 28 november 2010

Droom

Op zaterdagavond liggen man en ik op de grond van ons best wel nieuwe huis en kijken naar een tweedehands plastic paard dat, op acht nieuwe batterijen, over onze keukenvloer galoppeert. En daarbij steeds valt.
'Zijn ene poot hangt er los bij,' zegt man. 'Daar ligt het aan.'
'Been,' zeg ik. 'Ook bij een speelgoedpaard spreek je van been.'
'Zijn been is niet kapot.' Man pakt het oranjebruine paard op en bestudeert het als een smid. 'Zijn hoef ook niet.'
'Onze vloer is glad. Hij glijdt uit.'
Ik nies. Man en ik niezen allebei van al het stof dat uit de doos komt.
Ik heb op marktplaats een berg troep aangeschaft voor Sinterklaas, dingen die nog een opknapbeurt vereisen - Barbies met haaruitval, of excentrieke kapsels geknipt door onbekende kinderen, jurkjes zonder sluiting - maar op deze avond heb ik nog het meeste zin om al de zooi rechtstreeks de vuilnisbak in te kieperen. Ik hou er helemaal niet van om dingen een opknapbeurt te geven.

Daarna kijken man en ik naar 'Ik Vertrek'. We volgen een Nederlands stel dat hun grote, gezamenlijke droom najaagt. Het pachten van een pub in Engeland. Ze vallen meteen voor de 'Welcome Stranger' een café dat ingeklemd ligt tussen twee snelwegen. 'Binnen hoor je niets van het geraas,' zeggen ze tegen elkaar.
Ik lig met mijn hoofd op mans schoot te kijken.
'Als wij onze grote droom najagen,' zeg ik, 'wat moeten we dan nu najagen?' Nee, dat zei ik niet. Dat dacht ik alleen maar.
Er is geen grote, gezamenlijke droom. Ons leven is een aaneenschakeling van kleine, private werkelijkheden die elkaar soms ergens raken.
Na 'Ik Vertrek' is het alweer 22.00 u en de hoogste tijd om te gaan slapen. Uit twee kamers hoestende kinderen.
s' Nachts droom ik van plastic knollen met geruite dekjes die ik nog moet wassen. Maar ik weet niet op hoeveel graden. En dat alle barbies kale koppen krijgen van mijn reinigingsbeurt.

Geen opmerkingen: