Nu kan het nog. Binnenkort zal ze met haar gezin naar Badhoevedorp vertrekken en dan kunnen er door de week geen lunchafspraakjes meer gemaakt worden. We zitten in het café tegenover haar huis en vlakbij mijn werkkamer. Ons brood wordt gebracht. Zij met gestoomde makreel en ik met een berg humus. Ze vertelt over het voorlopige koopcontract dat nu echt getekend is. Een huis met een gigantische tuin, garage, zolder. Alles. Het enige is dus dat het in Badhoevedorp staat. Het klinkt minder sexy dan Amsterdam.
'We hadden het vroeger nooit zo voor onszelf bedacht,' zeg ik. 'Maar wat geeft dat eigenlijk? So what?'
'We houden wel gewoon ons 020-nummer,' zegt ze.
'Nou, dan maakt het toch helemaal niks uit?'
'Nee,' zegt ze.
'Het is een beetje hetzelfde als naar Ijburg vertrekken.'
'Het is goed,' zegt ze. 'Dat weet ik. Maar soms lig ik in bed en dan bedenk ik dat ik zeker vijftig ben als ik daar weer wegga. Of nog ouder.'
'Ja en dan is alles al bijna voorbij, hè?' zeg ik.
Ze knikt. Ik neem een hap van mijn brood.
'We kunnen nu eenmaal niet meer ineens in Parijs gaan wonen,' zeg ik. Ik proef iets knapperigs, lekker knapperig, en bijt nog eens flink. Het is misschien wat pittig, denk ik, maar het moet heel lekker zijn. Het smaakt dadelijk vast goed. Ik kauw nog een paar keer. Pas als ik moet kokhalzen, spuug ik dat wat er van het knapperige ding over is uit op mijn bord. Het blijkt een rauwe knoflookteen. Ik ontwaar nog een paar knoflooktenen in mijn humus. Zij vertelt over een vader van een vriendinnetje van haar dochter die al vijf jaar lang spoorloos verdwenen is. Niemand heeft ooit nog iets van hem gehoord.
maandag 29 september 2014
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten