'Kom gaan we dáárheen.' Hij wijst naar het grote ijzeren hek van Zorgvlied. Het dochtertje op haar lawaaierige plastic driewieler met laadbakje stopt met fietsen.
'Die speeltuin halen we toch niet meer,' zegt hij somber.
'Hoezo halen we die speeltuin niet meer?' vraag ik.
'Wou jij nog zover dan?'
'Ik vind dat niks! Zo'n begraafplaats met zo'n kind.'
'Ach het is toch gewoon een bos!'
Even later staat het felkleurig driewielertje achter het hek geparkeerd en schrijden vader en moeder langs de zerken. Het dochtertje klimt enthousiast op een grafsteen.
'TERUG JIJ. Alléén op de paden!' Het moet iets in de toon van moeders stem zijn dat maakt dat het dochtertje niet weet hoe snel ze er weer af moet komen. Iets zorgt er ook voor dat ze steeds stiller wordt. Ze zijn de enige drie bezoekers in dit bos.
Dan begint het te sneeuwen. En te hagelen. Moeder draagt het dochtertje. Ze zetten de pas er stevig in.
'Het is hier net een doolhof,' zegt vader na een tijdje.
En als ze weer bij de ingang komen, is het hek gesloten.
maandag 24 maart 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten