Zojuist brachten man en ik de babyfoon naar de buren en even later wandelden we de vrieskou in. (Hoe moet dat straks met de ommetjes als we onze goede buren niet meer hebben, er twee kinderen liggen te slapen die geen seconde zonder toezicht kunnen en wij snakken naar een hapje frisse lucht?) Het was na een hele dag schrijven beter voor mij om even te wandelen dan een blog te schrijven.
'Je moet er even uit,' zei man. 'Kom maar.'
Ik had op de bank liggen klagen over hele nieuwe pijntjes in mijn lichaam, de groeiende ellende en dat ik er helemaal geen tijd voor had. Ik sprak over ernstig gehinderd worden, mezelf niet zijn, hoe lang nog en steeds erger.
'Steeds erger,' herhaalde ik. 'Besef je dat wel? Volgens mij denk je er nooit aan. Je bent ook nog nooit mee op controle geweest.'
'Ik dacht vannacht nog aan jou toen ik me even omdraaide,' zei man. 'Dat zal zij wel niet zo makkelijk kunnen, dacht ik.'
Als we thuiskomen valt mijn oog op de NRC van vandaag. '....kinderloze mannen zijn gelukkiger dan vaders. (...) Vaders vinden dat ze voor de kinderen veel opofferen: tijd voor zichzelf en tijd samen met de partner. (...) Dat zorgt voor veel stress en lagere waardes voor welbevinden. Geluk, zeg maar. Als de kinderen zijn uitgevlogen, zijn vaders net zo gelukkig als kinderloze mannen.
Voor vrouwen ligt het iets anders. Kinderen geven vrouwen meer levensvoldoening. Toch zorgt het combineren van rollen net als bij mannen, voor veel stress. In recent onderzoek vallen verschillen in welbevinden dan ook niet meer altijd uit in het voordeel van de moeders.'
Dat ga ik opschrijven dacht ik.
donderdag 11 februari 2010
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
Och ja.
Dat ga ik lezen, dacht ik
Een reactie posten