Het voelde alsof vanmorgen de eerste dag van mijn nieuwe leven was aangebroken. Er was iets van vrijheid mijn hoofd binnengeslopen. Lichtheid. Leven. Acceptatie. Ik ging koffiedrinken met een vriend in het Lloyd hotel.
'Heeft hij soms een ander?' vroeg de vriend.
'NEE JOH. HEL.'
'Dat gaat nog gebeuren,' zei hij droogjes. 'Daar kunnen we vast een voorschotje op nemen.'
'Ik wil die ander nu al doodschieten.'
'En jij krijg óók een ander,' zei hij.
'Ik niet. Ik zou ook niet weten hoe ik eraan kom.'
'Plenty.'
'Ik moet er niet aan denken.'
'Nee, nu niet.'
'Ik vind het juist een uitdaging om heel heel erg oud met dezelfde man te worden,' zei ik. 'Dat doet niemand meer tegenwoordig. Dat is pas a-von-tuur.'
Ik zag hem een beetje meewarig naar me kijken.
Na de koffie liep ik in de Jumbo die daar in de buurt zat, en zag ze plotseling overal. De Anderen. Mannen met boodschappenmandjes aan hun arm. En versleten cowboylaarzen aan hun voeten. Een eenzame blik in hun ogen. Ze glimlachten naar mij.
Ik wist heus wel dat de vriend gelijk had. Het leven gaat door. Op een gegeven moment komt er misschien een ander. En waarschijnlijk worden we - hoe dan ook - allemaal weer gelukkig. Maar werkelijk: ik moet er niet aan dénken dat het ooit zover komt. Ik sterf nog liever.
Tot zover: mijn acceptatie.
donderdag 27 oktober 2016
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten