dinsdag 17 juni 2008

Lieve A.

Lieve A.,
Hoe regelmatig ik - door de jaren heen - niet van jou gedroomd heb! En altijd als je verscheen, was daar ook de zanger van Deus. Hoe-heet-ie? Tom Barman. Op de een of andere manier hadden jullie iets betekenisvols met elkaar te maken. En met mij. Tom zorgde dan voor de muziek. Thank you for the roses meestal. En jij? Ik weet niet meer wat jij deed. Het is nu - ik zal eerlijk zijn - alweer een tijd geleden dat ik van jou en Tom droomde. Waar ik vroeger al jouw boeken meteen verslond, heb ik nu Tirza nog niet eens uit. (Zomaar, omdat andere boeken plotseling meer prioriteit hadden) En ik had al helemaal geen aandacht geschonken aan je brievenboek: Omdat ik u begeer. Ik herinnerde me dat ik er ergens iets over gelezen had, inderdaad.
Dus ik wist dat het bestond. Gelukkig.
'Maar, hoezo eigenlijk?' vroeg ik aan mijn vriendin.
'Er staat een liefdesbrief in aan je overbuurvrouw,' zei ze plompverloren.
'Pardon?' Ik schoot rechtop. 'Excusez-moi?'
'Hij heeft er ooit een paar honderd aan haar geschreven.'
'WAAROM NIET AAN MIJ?'
'Ja, hij kende jou niet.'
Lieve A., dat was alles. Meer had ik niet van je gewild dan een paar honderd liefdesbrieven. Nothing really ends, zingt Tom nu. (Tom was ik al helemaal uit het oog verloren)
Welterusten, E.

Geen opmerkingen: