Ik mag mijn kunstbroeders en zusters niet laten zitten, maar gisteren liep ik niet mee. Omdat ik geen zin had. Omdat het mijn schrijfdag was. Omdat ik een afkeer heb van massabijeenkomsten. Zoals ik ook een aan haat grenzend gevoel heb jegens creatieve campings. Eén keer ben ik daar geweest om man op te halen. Hij heeft daar hele zomers gewerkt. Het kon man niet groepsprocesserig genoeg. Na elke zomer was hij weer zijn stem kwijt door het schreeuwen. Ik denk aan de Mars der Beschaving als een begeleide wandeltocht met de creatieve camping. Alle richtingen doen mee: dans, muziek, theater, schilderen en ook schrijven (als iemand zich daarvoor ingeschreven had). Met z'n allen komen we beschaafd op voor ons eigen hachje. Dat is niet waar, het is ons te doen om de kunst in het algemeen. De Kunst. Dat moet ik niet vergeten.
De mars waar we witte kruizen dragen tegen de cultuurvernietiging. Het campagnespotje dat door kinderen werd opgezegd, die er boos bij keken of in en in verdrietig. 'Beste po-li-ti-cus. U maakt alles, maar dan ook alles kapot.' Kinderen van een eliteschooltje in Amsterdam die nooit, maar dan ook nooit, aan een gebrek aan kunst zullen lijden. Ja, ik weet dat we ons niet door door zo'n lullige naam en zo'n lullig spotje mogen laten weerhouden. Ons ja, ons. Want ik hoor er ook bij. Toch? En is iets doen niet altijd beter dan niets doen? Ik heb over wel of niet lopen geaarzeld. Want het slaat natuurlijk nergens op, dat beleid.
dinsdag 28 juni 2011
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten