donderdag 26 februari 2009

Ten dienste van het verhaal

Om zes uur stond vader op. Jeetje ook. Even later zaten we met het gezin rond de ontbijttafel. Het brood was droog en zuur.
We zwaaiden vader uit tot hij in het duister verdween. Idyllischer kon niet.
'Wil jij mij een verhaal vertellen?' vroeg Jeetje toen.
'Nee, hè? Niet alweer.'
Jeetjes zucht naar verhalen was de laatste tijd zo groot dat we ons zorgen maakten over haar realiteitsbesef. Vond ze de werkelijkheid soms niet interessant genoeg? Zag ze 'm wel? Zelfs haar maaltijd ging alleen nog in verhaalvorm naar binnen. Was ze te zwaar erfelijk belast?
'Een héél spannend verhaal.' Jeetje drong aan.
'Het is nog donker buiten,' zei ik.
'Niet waar. Het schemert.'
Tenslotte vleide Jeetje zich in mijn armen. Als ze het wou, kon ze het krijgen. Ze drukte zich stevig tegen me aan. Ik vertelde totdat haar lichaam begon te schokken. Eerst zachtjes.
'Waarom moet je nou zo huilen?' vroeg ik toen.
Ze keek op. Een gezicht vol snot en tranen.
En ik vertelde verder. Ik maakte het nog spannender. Het kindje nog eenzamer. En de donderwolken nog enger. Jeetje huilde steeds harder en harder. Het verhaal werkte. Het had effect.
Meer wensten we niet.

Geen opmerkingen: