woensdag 25 augustus 2010

Woorden als houvast

Wij wonen op een eiland, dus het waait hier veel. Bijna altijd. Maar gisteren bevond ik mij - als enige bovenop de Nescio brug - in een vliegende storm. Met mijn moderne, groene wandelwagentje. Modern = lichtgewicht. Ik keek omlaag. Nog één zo'n verraderlijke vlaag en mijn wagentje zou opstijgen. Ik zag mijzelf er achteraan duiken. Hoe ik in het donkergrijze water met witte schuimkoppen zwom, zoekend naar mijn baby. Terwijl de stem van mijn vader in mijn oren echoode: 'Hebben ze jou dat reddingsdiploma zomaar gegeven? Is dat dan ook alweer niets waard?'
Vanaf het eiland volgden de bewoners ons met hun verrekijkers. Een stipje op een grote witte hangbrug. Alleen nieuwelingen begingen zo'n fout. De wal was nog ver weg.
Mijn handen omklemden het stuur. De vingers van de baby hielden het groene dekje stevig vast. Alsof ze het voorvoelen. Mijn voeten zette ik dwars op het asfalt. Ik kneep mijn ogen dicht, deed een betonblok na en herinnerde mij de woorden van mijn Ayurvedische arts: ' Als het waait, moet jij binnenblijven. Storm is funest voor jou. Dan waaiert jouw geest uit. Dan loop jij het gevaar uit elkaar te vallen.'
Aan die woorden had ik nu ook al niets.