maandag 18 april 2011

Vlak voor het slapengaan

Na een drukke zondag met veel zon, veel kinderen en veel spelen in zandbergen ligt Jeetje (5) eindelijk in bed.
'Welterusten,' zeg ik en wil het licht al uitdoen.
'Wacht even.' Jeetje schiet rechtovereind.
Ik wacht even.
'Hoe komt een kind aan nieuwe ouders?' vraagt ze.
'Hè?'
'Nou, als allebei je ouders plotseling doodgaan, waar vind je dan nieuwe? Wáár? Ik zou het niet weten.'
'Hoe kom je daarbij?'
'Er bestaan dus adoptieouders. Maar waar moet je die dan zoeken? Dat kunnen de vader en moeder niet meer voor het kind doen. En tegen wie moet het kind dan zeggen dat zijn ouders dood zijn?'
'Als allebei de ouders doodgaan, wat meestal niet gebeurt, blijven er altijd nog volwassenen over die het kind zullen helpen,' zeg ik. 'De oma's en de opa's en de vrienden van die ouders overlijden niet allemaal tegelijk.'
'O, nee.' Jeetje gaat weer liggen.
'Ga je nu slapen?'
'Ja,' zegt ze.
'Welterusten.' Ik doe het licht uit.
'Welterusten,' zegt Jeetje.

Geen opmerkingen: