Na de pauze stapte er een jongeman het podium van Perdu op. Hij had een andere energie dan de voorstelling. Misschien was hij een frisse wind. Hij had een eigentijds sjaaltje om zijn nek. Zijn zwarte shirt zat strak om zijn welgevormde torso. Zijn ogen twinkelden. Een artistiekeling. Duidelijk klaar om de wereld te bestormen. Het beloofde wat. Tot hij met lezen begon.
Hij las, en las, en las, en las, en las, en las, en las, en las.
En bleek de olifant in de porseleinkast.
'Misschien was het iets te lang?' vroeg hij naderhand aan de organisator.
'We hebben - normaal gesproken - drie minuten voor het open podium,' zei deze langzaam.
'Mag ik de volgende keer weer komen?'
De organisator aarzelde.
'Dan kom ik met iets korters!'
'Het was hyper hyperrealistisch wat je las,' probeerde de organisator. 'Eh...wat schrijf je nog meer?'
'Ja, ik dacht dat het net zo ging als het open podium in Berlijn,' zei de jongeman. 'Je mag voorlezen totdat het publiek BOE roept.'
maandag 17 november 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Mensen vragen dus uiteindelijk zelf om grenzen (ik zie enige overeenkomst met het open podium van de OBA...)
Een reactie posten