De familie zit op woensdagmiddag in de auto.
'Waar komt een mens eigenlijk vandáán?' vraagt Jeetje als we de ring opdraaien.
'Hoezo?'
'Nou, hoe ontstaat er ineens een mens? Hoe?'
'Tja, eh.'
'Er was eerst niemand en toen was er ineens iemand. Hoe kan dat nou? Van niemand naar iemand?'
'Het leven op aarde begon niet met mensen...'
'Nee, nee, dat weet ik wel van die dinosaurussen en zo,' zegt Jeetje, 'maar een mens. Die moet toch eerst ergens zijn geweest?' Jeetje kijkt naar Deetje. Met half dichtgeknepen oogjes kijkt Deetje vanuit haar maxi cosi naar haar grote zus.
'De dinosaursussen waren niet de eerste...'
'Nee, nee vissen enzo en nog kleinere beestjes in de zee. Maar ik heb het over een mèns. Waar was ze voor ze hier was? Ze komen niet uit de lucht.'
'Ze groeien.'
'Ja, maar waar komen ze dan vandaan gegroeid?'
woensdag 23 juni 2010
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten