In het weekend kwam ik iemand van de uitgeverij tegen.
'Wie was dat?' vraagt Jeetje later.
'Dat was dus iemand van mijn werk.'
'O, ja,' zegt Jeetje, 'van heel, héél vroeger, hè? Toen jij nog op een kantoor werkte.'
Ook heel, heel vroeger heb ik niet op kantoor gezeten. Dus ik weet niet waar ze het vandaan haalt.
'Heel, heel vroeger,' zegt Jeetje, 'toen er nog dinosaurussen waren en jij op een kantoor zat. Toen werd die meneer achterna gezeten door dinosaurussen en hij werd bijna opgegeten. Maar ineens werd het heel, heel koud, de dinosaurussen verdwenen en toen kwam ik!
Ik heb trouwens weleens op een advocatenkantoor gewerkt. Een blauwe maandag. Ik was tweeëntwintig of zo. Misschien doet de leeftijd er niet toe, misschien ook wel. Al gauw was ik de secretaresse van een advocaat. In een kamer en suite zaten we. Ik bevond me in de voorkamer aan een bureau met een telefoon. En stapels (hele saaie) dossiers die ik moest ordenen. De telefoon ging erg vaak en ik nam niet op.
Tot de advocaat vanuit de achterkamer begon te roepen: 'je moet wèl opnemen.'
'Neem jij maar op. Het is toch voor jou!' riep ik terug.
Toen werd het heel, heel koud en verdween ik van kantoor.
maandag 29 juni 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten