Ik ben vandaag definitief in de laatste fase terechtgekomen. Het gebeurde toen ik nietsvermoedend de Zeeman inliep om iets voor Pasen te kopen. In een impuls was ik van de fiets gestapt om die winkel binnen te snellen .Ik had een geel servetje met een leuk kuiken erop in mijn hoofd.
Toen zag ik haar bij de kassa staan. Er lagen een paar grappige washandjes op haar gloednieuwe rode Bugaboo. Ze hadden de vorm van eendjes en kikkers. Ze had een andere blik in haar ogen dan de laatste keer dat ik haar zag, tijdens een werkbespreking. In de kinderwagen lag een piepklein baby'tje te slapen met een mutsje op. Het baby'tje bewoog haar lipjes in haar slaap en liep af en toe vuurrood aan.
'Ik wist niet dat het zo geweldig zou zijn.'Ze bleef verrukt naar haar dochtertje kijken. Terwijl we praatten, versperden we de weg naar de kassa.
'Bevallen is echt iets verschrikkelijks,' fluisterde ze even later. Ik knikte.
Er stond een opstopping van vrouwen achter ons. Allemaal hoogzwanger, zag ik. Ze hadden ook allemaal een paar stofdoekjes in hun hand. Of een pakketje grote onderbroeken.
'Ik zocht eigenlijk iets voor Pasen,'zei ik.
'Dat hebben ze hier niet,' zei ze.
'Dacht ik al.'
Het was niet zomaar een impuls geweest, dat ik van de fiets afstapte.
woensdag 31 maart 2010
dinsdag 30 maart 2010
Voorbereidend gesprekje
'Dus Jeetje, jij bent en blijft de eerste. Jij zult altijd onze eerste zijn. En jouw zusje wordt de tweede.'
'Nee,' zegt Jeetje, 'dat wil ik niet. Een is minder dan twee!'
'Nee,' zegt Jeetje, 'dat wil ik niet. Een is minder dan twee!'
maandag 29 maart 2010
Voor het eerst samen fietsen
Al heel vroeg vertrekken we op zondag naar het Amstelstation. We zullen met de trein naar opa en oma gaan.
Naast mij op het fietspad fietst - voor het eerst - mijn grote dochter op haar te kleine, roze fietsje. In haar nieuwe jurk. Ze kijkt strak voor zich uit, de knokkels van haar handen zijn wit. Sinds gisteren kan ze zelf op- en afstappen en de fiets moest mee om het aan opa en oma te laten zien.
'Ik krijg pijn aan m'n armen van het fietsen,' zegt ze.
'Je hoeft het stuur niet zo hard vast te houden,' zeg ik. 'Dat kan ook iets losser.'
'Mam! Ik kan fietsen en praten tegelijk!' roept ze uit.
We fietsen door. Haar benen komen bijna tegen het stuur en haar wangen worden steeds roder. Voor ons ligt de Berlagebrug. Daar moeten we dadelijk overheen.
Maar eerst is er nog een fietser die ons voorbij wil. Ik geef Jeetje aanwijzingen vooral aan de kant van het water te blijven, en vertel haar dat ik achter haar zal gaan fietsen. Jeetje houdt haar ogen strak gericht op het fietspad en knikt een paar keer. Ze knijpt haar handen nog eens extra vast om het stuur en trapt. Haar staartjes zwiepen heen en weer. Ook haar fietsje slingert van links naar rechts, zodra de fietser haar passeert.
Jeetje en ik staan op het perron te wachten. Het roze fietsje staat naast haar. Jeetje ritst haar jas maar eens los en zucht diep. Ze wrijft in haar handen.
'Ik heb zweethanden,' zegt ze. 'Heb jij ook zweethanden?'
Dan kijkt ze me aan. Ik zie haar ter plekke een meter of wat groeien.
Naast mij op het fietspad fietst - voor het eerst - mijn grote dochter op haar te kleine, roze fietsje. In haar nieuwe jurk. Ze kijkt strak voor zich uit, de knokkels van haar handen zijn wit. Sinds gisteren kan ze zelf op- en afstappen en de fiets moest mee om het aan opa en oma te laten zien.
'Ik krijg pijn aan m'n armen van het fietsen,' zegt ze.
'Je hoeft het stuur niet zo hard vast te houden,' zeg ik. 'Dat kan ook iets losser.'
'Mam! Ik kan fietsen en praten tegelijk!' roept ze uit.
We fietsen door. Haar benen komen bijna tegen het stuur en haar wangen worden steeds roder. Voor ons ligt de Berlagebrug. Daar moeten we dadelijk overheen.
Maar eerst is er nog een fietser die ons voorbij wil. Ik geef Jeetje aanwijzingen vooral aan de kant van het water te blijven, en vertel haar dat ik achter haar zal gaan fietsen. Jeetje houdt haar ogen strak gericht op het fietspad en knikt een paar keer. Ze knijpt haar handen nog eens extra vast om het stuur en trapt. Haar staartjes zwiepen heen en weer. Ook haar fietsje slingert van links naar rechts, zodra de fietser haar passeert.
Jeetje en ik staan op het perron te wachten. Het roze fietsje staat naast haar. Jeetje ritst haar jas maar eens los en zucht diep. Ze wrijft in haar handen.
'Ik heb zweethanden,' zegt ze. 'Heb jij ook zweethanden?'
Dan kijkt ze me aan. Ik zie haar ter plekke een meter of wat groeien.
zaterdag 27 maart 2010
Controle
'We willen even een hartfilmpje maken van de baby.' De verloskundige en de stagiaire staan voor mij.
'Dat hoeft niet hoor.'
'Je voelde haar vandaag toch niet veel bewegen?'
'Nee, maar ze zal wel slaperig zijn geweest'
'We vonden uw buik hard en haar hartslag ook hoog.'
'Maar dat was toch juist goed? Af en toe hoog en dan weer terug?'
'We leggen je dertig minuten aan een hartfilmpje en dan weten we precies hoe het met haar is. En dan kun je gerust het weekend in.'
'Ja, maar...'
De dames wenken me.
'Ik heb eigenlijk geen tijd,' zeg ik.
Ze kijken me streng aan.
'Ik eh, ik moet mijn andere dochter ophalen. Die is ergens spelen.'
'Ja, maar mevrouw,' zeggen ze. 'Dit is toch wel even...'
'... belangrijk?'
Ze knikken.
Ik loop mee naar het kamertje en ze leggen me aan de apparatuur. Een derde verpleegkundige komt erbij staan en neemt mijn temperatuur op.
'Ik heb geen koorts hoor,' lach ik.
Even later lig ik aan een monitor in een kleine ruimte in het Academisch Medisch centrum. Ik luister naar de hartslag van de baby. Op mijn telefoon hou ik de tijd in de gaten. Over een half uur moet ik bij Jeetje zijn.
'Dat hoeft niet hoor.'
'Je voelde haar vandaag toch niet veel bewegen?'
'Nee, maar ze zal wel slaperig zijn geweest'
'We vonden uw buik hard en haar hartslag ook hoog.'
'Maar dat was toch juist goed? Af en toe hoog en dan weer terug?'
'We leggen je dertig minuten aan een hartfilmpje en dan weten we precies hoe het met haar is. En dan kun je gerust het weekend in.'
'Ja, maar...'
De dames wenken me.
'Ik heb eigenlijk geen tijd,' zeg ik.
Ze kijken me streng aan.
'Ik eh, ik moet mijn andere dochter ophalen. Die is ergens spelen.'
'Ja, maar mevrouw,' zeggen ze. 'Dit is toch wel even...'
'... belangrijk?'
Ze knikken.
Ik loop mee naar het kamertje en ze leggen me aan de apparatuur. Een derde verpleegkundige komt erbij staan en neemt mijn temperatuur op.
'Ik heb geen koorts hoor,' lach ik.
Even later lig ik aan een monitor in een kleine ruimte in het Academisch Medisch centrum. Ik luister naar de hartslag van de baby. Op mijn telefoon hou ik de tijd in de gaten. Over een half uur moet ik bij Jeetje zijn.
vrijdag 26 maart 2010
Recensie Nederlands Dagblad!
donderdag 25 maart 2010
Rokjes dag
De dag begon om half zeven in de ochtend. Daar sta je dan - kogelrond, in je ondergoed - met je dochter van bijna vijf voor een open kledingkast te discussiëren over het belang van het combineren van kleding. Je vertelt haar wat wèl en wat niet samen kan worden gedragen en dat dat wat zij wil echt! niet! kan! Punt uit. En dat we dat ook echt! niet! doen!
'Omdat ik de baas ben,' roep je. En: 'Discussie gesloten.'
Jeetje is anti-broek. Goed, dat begrijp ik. Al heb ik zelf vrijwel nooit rokjes aan en heb ik ook weleens gelezen dat dochters - zeker als ze nog jong zijn - hun moeder als groot voorbeeld zien. Ze willen in alles op haar lijken. Maar Jeetje houdt niet van mijn kledingstijl. Die noemt ze 'saai' en de kleur zwart vindt ze 'iew.'
Terug naar het hele prille begin van de dag.
'Je mag kiezen!' roep je. 'Dat rokje met stippen óf dat t-shirt met stippen.'
'Ik wil allebei.'
'Nee, dat staat voor geen meter.'
'Jawel.'
Dit zal uitmonden in een onnodig gevecht.
Tenslotte krijs jij: 'Waarom wil jij nou altijd dat kutrokje aan!' En je werpt je dochtertje terug op haar bed. Jouw buik - die je volkomen vergeten was - verkrampt meteen.
'Dat is geen kutrokje.' Ze huilt. 'Dat is geen kuhutrokje.'
'Sorry, dat is ook geen kutrokje. Dat had ik ook niet moeten zeggen.' Je hijgt. Dan strompel je terug naar je eigen bed. Uitgeput. Het is zeven uur. De wekker gaat!
'Omdat ik de baas ben,' roep je. En: 'Discussie gesloten.'
Jeetje is anti-broek. Goed, dat begrijp ik. Al heb ik zelf vrijwel nooit rokjes aan en heb ik ook weleens gelezen dat dochters - zeker als ze nog jong zijn - hun moeder als groot voorbeeld zien. Ze willen in alles op haar lijken. Maar Jeetje houdt niet van mijn kledingstijl. Die noemt ze 'saai' en de kleur zwart vindt ze 'iew.'
Terug naar het hele prille begin van de dag.
'Je mag kiezen!' roep je. 'Dat rokje met stippen óf dat t-shirt met stippen.'
'Ik wil allebei.'
'Nee, dat staat voor geen meter.'
'Jawel.'
Dit zal uitmonden in een onnodig gevecht.
Tenslotte krijs jij: 'Waarom wil jij nou altijd dat kutrokje aan!' En je werpt je dochtertje terug op haar bed. Jouw buik - die je volkomen vergeten was - verkrampt meteen.
'Dat is geen kutrokje.' Ze huilt. 'Dat is geen kuhutrokje.'
'Sorry, dat is ook geen kutrokje. Dat had ik ook niet moeten zeggen.' Je hijgt. Dan strompel je terug naar je eigen bed. Uitgeput. Het is zeven uur. De wekker gaat!
woensdag 24 maart 2010
Tussen de verhalen in, zit ik
Het waren achteraf gezien waanzinnige maanden; zittend achter m'n bureautje op de slaapkamer en maar doorschrijven. Ik rolde zo uit bed, schoof achter de groene werktafel en kon weer terug het bed in. Ik leefde in de fictie. Met onderbrekingen als eten, gezin en sociale zaken.
De proefdruk van de novelle die ik voor de grafische school in Rotterdam schreef, heb ik gisteren voor het laatst doorgenomen. De dag daarvoor kreeg ik de zetproef van het verhaal voor Tirade onder ogen.
Nu is er geen eigen verhaal meer waar ik middenin zit, geen verhaal waar ik aan denk. Weg is de ijzeren regelmaat. En de komende maanden zal alles voorgoed anders worden. Zelfs mijn huis zal niet meer van mij zijn.
Hier zit ik met een grote voetbal aan mij geplakt, waarmee ik regelmatig tegen deurposten stoot. Wanneer is die er precies gekomen en zo rond?
Mijn hoofd zoekt nog naar nieuwe verhalen, ergens een houvast. Mijn lichaam is nog niet beter en slaapt 's middags uren.
Vandaag kocht ik een slaapzakje maat 50 - 62. Een auberginekleurige badcape. Een thermometer. Een speen voor vanaf dag 1. Sudocrème voor rode billetjes. Een borsteltje.
'Een borsteltje! Een borsteltje. Wat moeten we daar nou mee?' zei man. 'Jeetje had het eerste jaar toch ook geen haar?'
En in onze woonkamer staat een Maxi-Cosi met versleten tijgerprint waar Jeetje ooit in lag. Nu weer, opgerold en demonstratief. Bijna vijf jaar. Ze doet net alsof ze slaapt.
Iedereen bereidt zich op zijn eigen manier voor op een nieuw verhaal. Dat bijna geen verhaal meer is. En wat dan?
De proefdruk van de novelle die ik voor de grafische school in Rotterdam schreef, heb ik gisteren voor het laatst doorgenomen. De dag daarvoor kreeg ik de zetproef van het verhaal voor Tirade onder ogen.
Nu is er geen eigen verhaal meer waar ik middenin zit, geen verhaal waar ik aan denk. Weg is de ijzeren regelmaat. En de komende maanden zal alles voorgoed anders worden. Zelfs mijn huis zal niet meer van mij zijn.
Hier zit ik met een grote voetbal aan mij geplakt, waarmee ik regelmatig tegen deurposten stoot. Wanneer is die er precies gekomen en zo rond?
Mijn hoofd zoekt nog naar nieuwe verhalen, ergens een houvast. Mijn lichaam is nog niet beter en slaapt 's middags uren.
Vandaag kocht ik een slaapzakje maat 50 - 62. Een auberginekleurige badcape. Een thermometer. Een speen voor vanaf dag 1. Sudocrème voor rode billetjes. Een borsteltje.
'Een borsteltje! Een borsteltje. Wat moeten we daar nou mee?' zei man. 'Jeetje had het eerste jaar toch ook geen haar?'
En in onze woonkamer staat een Maxi-Cosi met versleten tijgerprint waar Jeetje ooit in lag. Nu weer, opgerold en demonstratief. Bijna vijf jaar. Ze doet net alsof ze slaapt.
Iedereen bereidt zich op zijn eigen manier voor op een nieuw verhaal. Dat bijna geen verhaal meer is. En wat dan?
dinsdag 23 maart 2010
Over beeldvorming
Week 34 zit ik in en telkens als ik voorbij de spiegel sluip, schrik ik op, meen ik de sporen van 'het vollemaansgezicht' te zien.
'Wacht nog even,' zeg ik tegen het gezicht, 'wacht nog twee weekjes tot ik op tv ben geweest - (waar? bij Knetterende Letteren) - en kom dan maar tevoorschijn. Nee, nee, stop, wacht alsjeblieft tot over een maandje mijn optredens in de Balie voorbij zijn en explodeer dan maar...Ik beloof je dat je dan helemaal los mag gaan. Echt waar, lief gezichtje.'
'En jij ook, Masker!' roep ik. Want vandaag, terwijl het voorjaarszonnetje naar binnen scheen, zag ik in het voorbijgaan hoe ook de beruchte pigmentophoping mijn oogleden al een diepbruin kleurtje gaf. Als een omgekeerde wintersportbril. En wat is dat daar rond mijn lippen? Beginnende snorvorming? Of is het enkel een schaduw, de lichtinval?
Ik loop op alle dagen en ben moeders mooiste niet meer. Dat is niet erg. Dat geeft niets. Het verandert wel weer. Dat weet ik heus wel en ook dat het daar niet om gaat.
Maar o, wat is het lot weer grappig. O, de ironie! Maandenlang, nee jarenlang, zit ik binnen te schrijven, reuzenknap en slank, maar aan ieders oog onttrokken en straks zal ik daar weer ongestoord zitten, even knap en slank en moeder van twee kinderen. En nu...
TADAA!
'Wacht nog even,' zeg ik tegen het gezicht, 'wacht nog twee weekjes tot ik op tv ben geweest - (waar? bij Knetterende Letteren) - en kom dan maar tevoorschijn. Nee, nee, stop, wacht alsjeblieft tot over een maandje mijn optredens in de Balie voorbij zijn en explodeer dan maar...Ik beloof je dat je dan helemaal los mag gaan. Echt waar, lief gezichtje.'
'En jij ook, Masker!' roep ik. Want vandaag, terwijl het voorjaarszonnetje naar binnen scheen, zag ik in het voorbijgaan hoe ook de beruchte pigmentophoping mijn oogleden al een diepbruin kleurtje gaf. Als een omgekeerde wintersportbril. En wat is dat daar rond mijn lippen? Beginnende snorvorming? Of is het enkel een schaduw, de lichtinval?
Ik loop op alle dagen en ben moeders mooiste niet meer. Dat is niet erg. Dat geeft niets. Het verandert wel weer. Dat weet ik heus wel en ook dat het daar niet om gaat.
Maar o, wat is het lot weer grappig. O, de ironie! Maandenlang, nee jarenlang, zit ik binnen te schrijven, reuzenknap en slank, maar aan ieders oog onttrokken en straks zal ik daar weer ongestoord zitten, even knap en slank en moeder van twee kinderen. En nu...
TADAA!
zondag 21 maart 2010
Geen radio vanavond
Ik heb het radioprogramma Oeverloos voor vanavond af moeten zeggen. Wegens: stem verloren en aanval van griep. Ik lig op bed. Buiten kwinkeleren de vogels, joelen de kinderen en lijkt de lente echt begonnen. Er is op de wereld haast niets saaiers dan ziek zijn. Toch is het iets gezelliger dan anders. Want al lig ik boven op bed te suffen en te kwijlen op klamme lakens, en al schijnt buiten eindelijk die zon en zijn de buurtkinderen en de straatouders voor het eerst weer massaal hun huizen uitgekropen - en hebben ze zo te horen heel erg veel lol -, binnenin mij schuift de piepkleine (die zo piepklein niet meer is) met haar billetjes en geeft me af en toe een trapje met haar hieltje. Ik duw het hieltje weg en zij duwt het weer terug en zo door. Over een kleine zes weken zullen we elkaar in het echt ontmoeten. Het is me wat.
zaterdag 20 maart 2010
Morgen Oeverloos!
Zondag 21 maart van 19 uur - 21 uur ben ik te gast bij Leon Verdonschot in zijn programma Oeverloos op Kink FM.
Ik zal daar met hem praten over Lastmens en mijn muziek wordt gedraaid en je kunt daar vast een scène uit het hoorspel Het Derde Huwelijk beluisteren.
Ik zal daar met hem praten over Lastmens en mijn muziek wordt gedraaid en je kunt daar vast een scène uit het hoorspel Het Derde Huwelijk beluisteren.
vrijdag 19 maart 2010
donderdag 18 maart 2010
Recensie in de Limburger!
De Limburger van gisteren spreekt over drie geniale verhalen.
Waarop man zegt: 'Ik heb ook al ergens in een krant gelezen dat Patty Brard hoogbegaafd is.'
Als je de recensie wil lezen, klik op de afbeelding.
Later op de dag toegevoegd. En nu zie ik dat er hier nog een mooie recensie staat!
Waarop man zegt: 'Ik heb ook al ergens in een krant gelezen dat Patty Brard hoogbegaafd is.'
Als je de recensie wil lezen, klik op de afbeelding.
Later op de dag toegevoegd. En nu zie ik dat er hier nog een mooie recensie staat!
woensdag 17 maart 2010
Opzij recensie
Ik krijg een smsje van een vriendin:
In de Opzij in de rubriek recensie: Onderkoelde verhalen over boze buitenbeentjes.
Ik sms terug:
Haha. Boze buitenbeentjes. Is dat alles?
Zij:
Vijf woorden! Een diepgravende rubriek.
Ik:
Was het nou een goeie of een slechte recensie? Pieker.
Zij:
Met vier sterren (van de vijf). Goed dus.
Ik:
Ze worden steeds bondiger met de kritiek.
Zij:
Door Vrouwkje Tuinman.
Ik:
Ah! Het moest wel een dichteres zijn. Van dat boze buitenbeentje.
In de Opzij in de rubriek recensie: Onderkoelde verhalen over boze buitenbeentjes.
Ik sms terug:
Haha. Boze buitenbeentjes. Is dat alles?
Zij:
Vijf woorden! Een diepgravende rubriek.
Ik:
Was het nou een goeie of een slechte recensie? Pieker.
Zij:
Met vier sterren (van de vijf). Goed dus.
Ik:
Ze worden steeds bondiger met de kritiek.
Zij:
Door Vrouwkje Tuinman.
Ik:
Ah! Het moest wel een dichteres zijn. Van dat boze buitenbeentje.
Mijn brave trimstertje
Als we samen aan de woensdagmiddagboterham zitten, vertelt Jeetje (bijna vijf jaar) dat de drie nieuwe kinderen uit haar klas een wel heel harde stem opzetten. Dat ze soms zelfs schreeuwen.
'Ze kennen de regels nog niet,' zegt ze.
'Nee, nee.'
'Ze schreeuwen niet alleen, ze rennen ook door de klas,' zegt Jeetje. 'Ze weten gewoon nog niet zo goed dat dat niet mag. Ze zijn maar net vier, hè?'
'En wat doet de juffrouw als ze door de klas rennen?'
'Dan moeten ze terug naar hun stoeltje, weer opnieuw opstaan en dan rustig lopen. Net zolang tot ze niet meer rennen.'
'Ren jij nooit door de klas?'
'Ik doe altijd heel erg mijn best om niets verkeerds te doen,' zegt Jeetje. 'Zodat ik nooit straf krijg.'
We lunchen. De zon schijnt in de keuken. We zullen zo dadelijk naar de Hortus Botanicus gaan om te kijken of je daar de lente al kunt zien. Je kunt Jeetje geen groter plezier doen dan een bezoek aan Hortus Botanicus. Ze verkiest het meestal zelfs boven Artis. Terwijl ik graag grote beesten zie, met oogjes en een grote bek.
'De juffrouw schreeuwt zelf ook vaak,' zegt Jeetje.
'Wanneer schreeuwt de juffrouw dan?'
'De juffrouw hoeft zich niet aan de regels te houden, omdat ze een juffrouw is natuurlijk. En dus alles al weet.'
'Ik vind dat een juffrouw zich ook aan de regels moet houden,' zeg ik.
'De juffrouw schreeuwde vandaag nog tijdens de gymles. Tegen ons allemaal. Ze zat in de problemen want ze was al schor, en de bel is kapot.'
De hele weg naar de Hortus rent Jeetje over het trottoir, terwijl ik over straat fiets. En de hele weg terug, rent ze ook. Met grote passen en lange benen. Twee blonde staartjes. En een hoofd dat steeds roder wordt. Ik zie mijn dochter rennen. Ik zie het geluksstofje aangemaakt worden bij haar.
Maar als ik haar eventjes uit het oog verlies in de drukte op de Weesperzijde, denk ik aan die moord op dat twaalfjarige meisje. Over hoe ik hier rustig fiets in het lentezonnetje, en hoe dat kleine, blonde zelfstandige trimstertje van mij ook zomaar op zou kunnen gaan in het niets.
'Ze kennen de regels nog niet,' zegt ze.
'Nee, nee.'
'Ze schreeuwen niet alleen, ze rennen ook door de klas,' zegt Jeetje. 'Ze weten gewoon nog niet zo goed dat dat niet mag. Ze zijn maar net vier, hè?'
'En wat doet de juffrouw als ze door de klas rennen?'
'Dan moeten ze terug naar hun stoeltje, weer opnieuw opstaan en dan rustig lopen. Net zolang tot ze niet meer rennen.'
'Ren jij nooit door de klas?'
'Ik doe altijd heel erg mijn best om niets verkeerds te doen,' zegt Jeetje. 'Zodat ik nooit straf krijg.'
We lunchen. De zon schijnt in de keuken. We zullen zo dadelijk naar de Hortus Botanicus gaan om te kijken of je daar de lente al kunt zien. Je kunt Jeetje geen groter plezier doen dan een bezoek aan Hortus Botanicus. Ze verkiest het meestal zelfs boven Artis. Terwijl ik graag grote beesten zie, met oogjes en een grote bek.
'De juffrouw schreeuwt zelf ook vaak,' zegt Jeetje.
'Wanneer schreeuwt de juffrouw dan?'
'De juffrouw hoeft zich niet aan de regels te houden, omdat ze een juffrouw is natuurlijk. En dus alles al weet.'
'Ik vind dat een juffrouw zich ook aan de regels moet houden,' zeg ik.
'De juffrouw schreeuwde vandaag nog tijdens de gymles. Tegen ons allemaal. Ze zat in de problemen want ze was al schor, en de bel is kapot.'
De hele weg naar de Hortus rent Jeetje over het trottoir, terwijl ik over straat fiets. En de hele weg terug, rent ze ook. Met grote passen en lange benen. Twee blonde staartjes. En een hoofd dat steeds roder wordt. Ik zie mijn dochter rennen. Ik zie het geluksstofje aangemaakt worden bij haar.
Maar als ik haar eventjes uit het oog verlies in de drukte op de Weesperzijde, denk ik aan die moord op dat twaalfjarige meisje. Over hoe ik hier rustig fiets in het lentezonnetje, en hoe dat kleine, blonde zelfstandige trimstertje van mij ook zomaar op zou kunnen gaan in het niets.
dinsdag 16 maart 2010
vrije geesten
Ik wilde hier een beschouwing gaan schrijven over waarom juist deze boeken/schrijvers mij ooit helemaal grepen. Omdat ik door het lezen ervan de vrijheid van het schrijven telkens iets beter begreep. Ze werkten allemaal geestverruimend. En grensverleggend. Die kant zou het op moeten gaan met de beschouwing.
Honderd jaar eenzaamheid, Marquez
Anna Karenina, Tolstoj
De Idioot, Dostojewski
De gedaanteverwisseling, Kafka
De man in duplo, Saramago
Mannekino, Polet
Kafka op het strand, Murakami
Stilte, Munro
Maar ik kwam niet verder dan de titels en toen hield mijn verschrikkelijk vrije geest het voor gezien. Die had er gewoon geen zin in.
Honderd jaar eenzaamheid, Marquez
Anna Karenina, Tolstoj
De Idioot, Dostojewski
De gedaanteverwisseling, Kafka
De man in duplo, Saramago
Mannekino, Polet
Kafka op het strand, Murakami
Stilte, Munro
Maar ik kwam niet verder dan de titels en toen hield mijn verschrikkelijk vrije geest het voor gezien. Die had er gewoon geen zin in.
maandag 15 maart 2010
De eerste recensie!
zaterdag 13 maart 2010
Voor het eerst
Het was voor het eerst dat er door vreemde mensen over mijn buik gewreven werd. Misschien kwam het door de geleende jurk die mijn toestand benadrukte, of misschien was het de alcohol? Feit is dat er op de avond van het bal verschillende schrijvers aan mijn buik gezeten hebben die anders nooit aan mijn buik zouden zitten, of willen zitten.
Ik was broodnuchter en zag hoe de mensen om mij heen veranderden. Hoe ze sentimenteler werden. Werd er aan het begin van het bal nog lacherig over de buik gedaan, of een beetje meewarig/angstig naar gekeken, aan het begin van de ochtend werd er alleen nog zwijgend over gewreven. En ik kon het hebben. Van die schrijvers kon ik het heel goed hebben.
Gek is dat eigenlijk.
Ik was broodnuchter en zag hoe de mensen om mij heen veranderden. Hoe ze sentimenteler werden. Werd er aan het begin van het bal nog lacherig over de buik gedaan, of een beetje meewarig/angstig naar gekeken, aan het begin van de ochtend werd er alleen nog zwijgend over gewreven. En ik kon het hebben. Van die schrijvers kon ik het heel goed hebben.
Gek is dat eigenlijk.
vrijdag 12 maart 2010
Schrijvers moeten aan marketing doen, las ik weer ergens
*BOEKmagazine ligt in de winkel met een voorpublicatie van het verhaal Grote Voorspoed uit Lastmens. Dus als je nog niet zeker weet of je het hele boek wil aanschaffen, lees je daar alvast een voorproefje...
Ook kun je Lastmens gratis en voor niets winnen.
Maar Lastmens winnen kan ook nog steeds hier.
Verder staat in BOEKmagazine een heel leuk interview met Sanneke van Hassel over de opmars van het korte verhaal. En over Hotel van Hassel, een lang weekend, korte verhalen, van 16-19 april in de Balie te Amsterdam. En waarvoor ik nu o.a. een stuk aan het schrijven ben over mijn liefde voor Alice Munro.
*Bestel hier het hoorspel van Het Derde Huwelijk. Het is gisteren in Antwerpen aan de pers voorgesteld, door mij bewerkt, de eerste reacties zijn laaiend enthousiast, en ik kan wel verklappen dat het een waar genot is om naar de stem van Franck Focketyn te luisteren in de rol van hoofdpersoon Maarten Seebregs. Het is erg goed geworden.
Toegevoegd op zaterdag: Lees dit interview in de standaard.
*Vooruit, als je mijn boek niet wint, koop het dan. Vraag naar Lastmens in jouw boekwinkel of bestel het hier of waar dan ook.
Huidige trend: geef je werk eraan, kies voor je gezin.
Ook kun je Lastmens gratis en voor niets winnen.
Maar Lastmens winnen kan ook nog steeds hier.
Verder staat in BOEKmagazine een heel leuk interview met Sanneke van Hassel over de opmars van het korte verhaal. En over Hotel van Hassel, een lang weekend, korte verhalen, van 16-19 april in de Balie te Amsterdam. En waarvoor ik nu o.a. een stuk aan het schrijven ben over mijn liefde voor Alice Munro.
*Bestel hier het hoorspel van Het Derde Huwelijk. Het is gisteren in Antwerpen aan de pers voorgesteld, door mij bewerkt, de eerste reacties zijn laaiend enthousiast, en ik kan wel verklappen dat het een waar genot is om naar de stem van Franck Focketyn te luisteren in de rol van hoofdpersoon Maarten Seebregs. Het is erg goed geworden.
Toegevoegd op zaterdag: Lees dit interview in de standaard.
*Vooruit, als je mijn boek niet wint, koop het dan. Vraag naar Lastmens in jouw boekwinkel of bestel het hier of waar dan ook.
Huidige trend: geef je werk eraan, kies voor je gezin.
donderdag 11 maart 2010
pimul
'Waarom noemen ze kleine kinderen peuters,' vraagt Jeetje.
'Omdat ze veel in hun neus peuteren.'
'O, ja natuurlijk.'
'Ja.'
'Ik ben geen peuter meer.'
'Nee, jij bent een echte kleuter.'
'Maar waarom ben ik dan een kleuter. Wat is kleuteren? Kleuteren is helemaal niks.'
'Jawel,' zeg ik, 'een kleuter maakt bijvoorbeeld graag grapjes over piemels. Als je dat doet, ben je aan het kleuteren. Zo noemen ze dat.'
'O, ja,' zegt Jeetje. '
'Ja.'
Jeetje buigt zich weer over het papier en schrijft nogmaals p ie m e l.
Daarna k o n t.
Met rode wangen, de tong een stukje uit haar mond.
'Maar waarom is p i m u l niet goed en p ie m e l wel?'
'Omdat ze veel in hun neus peuteren.'
'O, ja natuurlijk.'
'Ja.'
'Ik ben geen peuter meer.'
'Nee, jij bent een echte kleuter.'
'Maar waarom ben ik dan een kleuter. Wat is kleuteren? Kleuteren is helemaal niks.'
'Jawel,' zeg ik, 'een kleuter maakt bijvoorbeeld graag grapjes over piemels. Als je dat doet, ben je aan het kleuteren. Zo noemen ze dat.'
'O, ja,' zegt Jeetje. '
'Ja.'
Jeetje buigt zich weer over het papier en schrijft nogmaals p ie m e l.
Daarna k o n t.
Met rode wangen, de tong een stukje uit haar mond.
'Maar waarom is p i m u l niet goed en p ie m e l wel?'
woensdag 10 maart 2010
day after
Om half vier in de ochtend was ik thuis en drie en een half uur later zat ik met Jeetje aan het ontbijt. 's Nachts een vrouw, 's ochtends een vrouw. (Aan diezelfde keukentafel had ik tot vier uur een zak chips naar binnen zitten proppen, alsof ik net als de rest flink gezopen had.)
En zo godsgruwelijk vrouwelijk als gisteravond ben ik nog nooit geweest. In een jurk die niet van mij was, maar die mijn proporties extra goed benadrukten, was ik op het bal verschenen. Met rode lakhakjes en rode lipjes.
'Het is stoer, een kind baren,' had een vriendin mij van tevoren op het hart gedrukt. 'Het is het stoerste wat je kan doen. Stoerder dan al die kerels bij elkaar. Dat moet je uitstralen. Laat het gewoon zien. Google anders maar even op Angelina Jolie Pregnant Pics.'
Dat deed ik.
Nu moet ik echt heel nodig slapen.
En zo godsgruwelijk vrouwelijk als gisteravond ben ik nog nooit geweest. In een jurk die niet van mij was, maar die mijn proporties extra goed benadrukten, was ik op het bal verschenen. Met rode lakhakjes en rode lipjes.
'Het is stoer, een kind baren,' had een vriendin mij van tevoren op het hart gedrukt. 'Het is het stoerste wat je kan doen. Stoerder dan al die kerels bij elkaar. Dat moet je uitstralen. Laat het gewoon zien. Google anders maar even op Angelina Jolie Pregnant Pics.'
Dat deed ik.
Nu moet ik echt heel nodig slapen.
dinsdag 9 maart 2010
Een onzinnig gesprek
Daar zaten we samen in de piepkleine radiostudio zonder ramen, de interviewer en ik. We kletsten wat de ether in en ondertussen bediende hij ook de panelen. Daar was hij vooral druk mee.
Ik wist al vanaf vraag één dat het nergens op sloeg, en ook dat het nergens op zou gaan slaan. De interviewer had last van onderspanning. Voor het eerst zag ik het nut van nervositeit. Teveel ervan werkt verlammend maar een beetje kan geen kwaad. Het houdt je scherp. De muziek die ik op een stick bij me had, paste niet op de computer dus plukte hij de nummers van you tube. Lelijke uitvoeringen van mijn zorgvuldig uitgezochte liedjes en halverwege draaide hij ze ook weer weg om zijn gesprek voort te zetten. Dezelfde vragen te stellen. Al gemaakte opmerkingen te maken. Met zijn radiostem op. Er werd geen link gelegd naar de liedjes die ik gekozen had, en we praatten over mijn boek dat hij maar half gelezen had. Maar waarom moest ik dan op komen draven? Wat dreef deze jongeman met zijn verwarde haardos? Al gauw begonnen de zingevingsvragen bij mij te knagen.
We hadden de rollen om moeten draaien.
Na de uitzending zei hij nog: 'Misschien had ik me beter in moeten lezen.'
'Ja, je had het boek niet erg goed gelezen, hè?' zei ik. Vriendelijk glimlachend als altijd.
'Dit is allemaal vrijwilligerswerk,' zei hij.' Als we het toch over dromen najagen hebben; ik zou hier maar wat graag mijn werk van willen maken.'
'O, dit is niet je vak?'
'Nee, ik doe dit nu al jaren - een uur per week maak ik radiouitzendingen - maar ik ben nog niet verder gekomen.'
Ik wist al vanaf vraag één dat het nergens op sloeg, en ook dat het nergens op zou gaan slaan. De interviewer had last van onderspanning. Voor het eerst zag ik het nut van nervositeit. Teveel ervan werkt verlammend maar een beetje kan geen kwaad. Het houdt je scherp. De muziek die ik op een stick bij me had, paste niet op de computer dus plukte hij de nummers van you tube. Lelijke uitvoeringen van mijn zorgvuldig uitgezochte liedjes en halverwege draaide hij ze ook weer weg om zijn gesprek voort te zetten. Dezelfde vragen te stellen. Al gemaakte opmerkingen te maken. Met zijn radiostem op. Er werd geen link gelegd naar de liedjes die ik gekozen had, en we praatten over mijn boek dat hij maar half gelezen had. Maar waarom moest ik dan op komen draven? Wat dreef deze jongeman met zijn verwarde haardos? Al gauw begonnen de zingevingsvragen bij mij te knagen.
We hadden de rollen om moeten draaien.
Na de uitzending zei hij nog: 'Misschien had ik me beter in moeten lezen.'
'Ja, je had het boek niet erg goed gelezen, hè?' zei ik. Vriendelijk glimlachend als altijd.
'Dit is allemaal vrijwilligerswerk,' zei hij.' Als we het toch over dromen najagen hebben; ik zou hier maar wat graag mijn werk van willen maken.'
'O, dit is niet je vak?'
'Nee, ik doe dit nu al jaren - een uur per week maak ik radiouitzendingen - maar ik ben nog niet verder gekomen.'
zondag 7 maart 2010
Modder op de radio
'Dus modder betekent moeder in het Engels?'
'Ja.'
'Jij bent een modder?'
'Ja.'
Jeetje barst in lachen uit. 'Modder!' roept ze. 'Dat is nog leuker dan piemel.'
*
Hier is het gesprek terug te luisteren dat ik gisteren met Wim Brands voerde. Hij vond mijn bundel heel goed en ik vond hem heel leuk.
*
En morgen zit ik in een radioprogramma van stadsradio. Daar draai ik mijn favoriete muziek en tussendoor wordt er gepraat over waar ik mee bezig ben. Ik mag maximaal zes nummers en ik heb er nu elf. Liefst draaide ik toch het hele uur alleen maar plaatjes.
'Ja.'
'Jij bent een modder?'
'Ja.'
Jeetje barst in lachen uit. 'Modder!' roept ze. 'Dat is nog leuker dan piemel.'
*
Hier is het gesprek terug te luisteren dat ik gisteren met Wim Brands voerde. Hij vond mijn bundel heel goed en ik vond hem heel leuk.
*
En morgen zit ik in een radioprogramma van stadsradio. Daar draai ik mijn favoriete muziek en tussendoor wordt er gepraat over waar ik mee bezig ben. Ik mag maximaal zes nummers en ik heb er nu elf. Liefst draaide ik toch het hele uur alleen maar plaatjes.
zaterdag 6 maart 2010
Shortstory.nl
Om te lezen een interview met mij op shortstory.nl. Kijk sowieso rond op die site als je iets over verhalen wil weten en de mensen die ze schrijven. Het is er heel interessant.
vrijdag 5 maart 2010
Morgenochtend in de avonden
Ik zal op zaterdag 6 maart te gast zijn in de zaterdagbijlage van het radioprogramma De Avonden op Radio 6. In het vierde uur (tussen 11 en 12 uur) van het programma spreekt Wim Brands met mij over Lastmens.
www. avonden.radio6.nl
www. avonden.radio6.nl
Waar zijn de piemels?
Jeetje heeft een nieuw stopwoord. Zo liepen we uiteindelijk met vier en een halve dame (resp. 37, 36 ,4, 1 jaar, en de onbekende dame van -2 maanden) door Artis. Op zoek naar piemels. We werden steeds fanatieker. De piemel van de zeeleeuw. Er was een nieuwe haremleider. De piemel van de beverrat. De piemel van de wolfshond. De piemel van de schildpad. De piemel van de eend. De piemel van de giraf. De piemel van de leeuw.
We hebben er maar eentje gezien. Die van een beverrat. De rest van de dieren hield hun piemel ingetrokken. Of ze zaten erop.
We hebben er maar eentje gezien. Die van een beverrat. De rest van de dieren hield hun piemel ingetrokken. Of ze zaten erop.
donderdag 4 maart 2010
De tegengestelde beweging
Eigenlijk moet dit juist een leuke springlevende tijd zijn, met allemaal dingen te doen buiten de deur; zoals praatjes bij de radio, het boekenbal, een persconferentie in het stadhuis van Antwerpen met taart en veel bubbels omdat het hoorspel van Het derde huwelijk gepresenteerd wordt.
Maar ik ben een pakezel. Nog trager dan door stroop beweeg ik mij voort. In mijn hoofd. En ook daarbuiten.
In mij duwt een vreemde voet mijn longen soms tegen elkaar, dan krijg ik even geen lucht.
's Avonds aai ik een billetje, een ruggetje, een schouderblaadje, of wat is het dat daar ver weg onder mijn handen beweegt?
En wie is het?
Maar ik ben een pakezel. Nog trager dan door stroop beweeg ik mij voort. In mijn hoofd. En ook daarbuiten.
In mij duwt een vreemde voet mijn longen soms tegen elkaar, dan krijg ik even geen lucht.
's Avonds aai ik een billetje, een ruggetje, een schouderblaadje, of wat is het dat daar ver weg onder mijn handen beweegt?
En wie is het?
woensdag 3 maart 2010
Onzichtbaar
'Welke kleuren zitten er in een regenboog?' Jeetje tekent.
'Alle kleuren, behalve zwart,' zegt man.
'Zwart ook,' zeg ik.
'Nee, zwart is geen kleur,' zegt man. 'Zwart bestaat niet in de natuur. Er zit wel violet in een regenboog en ultraviolet. En gammastraling.'
'Gammastraling?' Jeetje kijkt op van haar tekening.
'Dat zijn een soort paarsen die met het blote oog totaal onzichtbaar zijn.'
'Ja, dan zie je ze toch niet,' zeg ik.
'Met een speciale bril wel,' zegt man.'
'Dat kind wil alleen maar weten welke kleuren een regenboog heeft,' zeg ik, 'en jij begint over gammastraling.'
'Ja?'
'Dus jouw broek en jouw trui bestaan eigenlijk niet, mama.' Ik lig, gehuld in zwarte kleding, op de bank. Jeetje kijkt me bezorgd aan. 'Eigenlijk bestaat alleen jouw hoofd,' zegt ze.
'Alle kleuren, behalve zwart,' zegt man.
'Zwart ook,' zeg ik.
'Nee, zwart is geen kleur,' zegt man. 'Zwart bestaat niet in de natuur. Er zit wel violet in een regenboog en ultraviolet. En gammastraling.'
'Gammastraling?' Jeetje kijkt op van haar tekening.
'Dat zijn een soort paarsen die met het blote oog totaal onzichtbaar zijn.'
'Ja, dan zie je ze toch niet,' zeg ik.
'Met een speciale bril wel,' zegt man.'
'Dat kind wil alleen maar weten welke kleuren een regenboog heeft,' zeg ik, 'en jij begint over gammastraling.'
'Ja?'
'Dus jouw broek en jouw trui bestaan eigenlijk niet, mama.' Ik lig, gehuld in zwarte kleding, op de bank. Jeetje kijkt me bezorgd aan. 'Eigenlijk bestaat alleen jouw hoofd,' zegt ze.
dinsdag 2 maart 2010
Tijd
'Lastmens' ligt dus sinds vrijdag in de boekwinkel. Ik heb het zien liggen.
Ik heb steeds het gevoel dat ik 'er' iets aan moet doen.
Dat het niet genoeg is.
Ik herinnerde me ineens dat ik dat gevoel ook had toen 'Het besluit van Dola Korstjens' net uit was.
Zoiets van: Ja? En? Wat nu?
Ook heb ik al het andere schrijfwerk af, geen nieuw te verzinnen verhalen in het nabije verschiet. En daar zit je dan.
Uit mijn eigen gedrag leid ik af dat ik in mijn hoofd alweer bijna begonnen ben met iets nieuws. Dat is een Pavlov reactie.
Vanochtend heb ik mijn bureaulades leeggegooid. Oude versies van verhalen weggekieperd. Ze zijn nu niet meer nodig.
Maar de aantekeningen kan ik nog niet wegdoen. Ik heb ze netjes bij elkaar in een mapje gedaan. Voor wie weet.
's Middags luisterde ik voor het eerst naar het hoorspel van Het Derde Huwelijk van Lanoye. Ik schreef het script, het werd geregisseerd door Tom van Dyck. Een erg sterke hoofdrolspeler/verteller. Sommige personages spreken plat Vlaams, dat is moeilijk te verstaan. Maar het klinkt goe! Morgen nog eens rustig luisteren.
Volgende week wordt het door heel België verspreid.
Gedurende de dag druppelden er af en toe reacties van mensen binnen die 'Lastmens' lazen en het leuk vonden. Tot nu toe zijn alledrie de verhalen een keer door iemand als favoriet aangestipt.
Ik dronk vandaag een koffietje bij de coffee company en las er de NRC next.
Ik deed boodschappen bij de Groene Winkel.
In de winkel ernaast kocht ik een rompertje met bloemetjes.
En nu ga ik de stemwijzer invullen.
Ik heb steeds het gevoel dat ik 'er' iets aan moet doen.
Dat het niet genoeg is.
Ik herinnerde me ineens dat ik dat gevoel ook had toen 'Het besluit van Dola Korstjens' net uit was.
Zoiets van: Ja? En? Wat nu?
Ook heb ik al het andere schrijfwerk af, geen nieuw te verzinnen verhalen in het nabije verschiet. En daar zit je dan.
Uit mijn eigen gedrag leid ik af dat ik in mijn hoofd alweer bijna begonnen ben met iets nieuws. Dat is een Pavlov reactie.
Vanochtend heb ik mijn bureaulades leeggegooid. Oude versies van verhalen weggekieperd. Ze zijn nu niet meer nodig.
Maar de aantekeningen kan ik nog niet wegdoen. Ik heb ze netjes bij elkaar in een mapje gedaan. Voor wie weet.
's Middags luisterde ik voor het eerst naar het hoorspel van Het Derde Huwelijk van Lanoye. Ik schreef het script, het werd geregisseerd door Tom van Dyck. Een erg sterke hoofdrolspeler/verteller. Sommige personages spreken plat Vlaams, dat is moeilijk te verstaan. Maar het klinkt goe! Morgen nog eens rustig luisteren.
Volgende week wordt het door heel België verspreid.
Gedurende de dag druppelden er af en toe reacties van mensen binnen die 'Lastmens' lazen en het leuk vonden. Tot nu toe zijn alledrie de verhalen een keer door iemand als favoriet aangestipt.
Ik dronk vandaag een koffietje bij de coffee company en las er de NRC next.
Ik deed boodschappen bij de Groene Winkel.
In de winkel ernaast kocht ik een rompertje met bloemetjes.
En nu ga ik de stemwijzer invullen.
maandag 1 maart 2010
Lastmens is de wereld in
Mijn boekpresentatie overrompelde me. Al die mensen die speciaal gekomen waren. Al die aandacht. Het was bijna meer dan ik aankon. Maar gelukkig had ik een nieuw sjaaltje.
Er werd gespeecht. Jasper Henderson, mijn redacteur, hield een mooi praatje en toen kwam Esther Gerritsen, mijn vriendin, die een selectie uit mijn eigen mails uit onze emailwisseling van het afgelopen jaar voorlas. We hebben een gemiddelde van 4 mails per dag.
Zo stond ik erbij, keek en luisterde ernaar, hoe ikzelf een personage werd. Een grappig doch flink gestoord wezen.
Wat daar gebeurde, is eigenlijk precies de kern van schrijven. Je hebt jezelf als materiaal en selecteert, knipt, voegt toe, laat weg en vergroot uit. En voilà: een personage is ontstaan. Alleen deze keer deed iemand anders het voor mij. Dat is vreemd. Gelukkig was Esther het, die dat als geen ander kan.
Daarna zei ik zelf ook nog iets over hoe het voelt om boek twee de wereld in te hebben geholpen - heel anders dan boek één namelijk - en toen was het tijd voor drank, geklets terwijl ik me suf signeerde.
Lastmens is de wereld in. Ik heb er zaterdag op de tentoonstelling van Paul Dikker voor het eerst uit voorgedragen. Het boek is bezig gelezen te worden. Niets kan ik meer doen. De allereerste reacties die ik kreeg, zijn goed. Meer kan ik er niet over zeggen.
Er werd gespeecht. Jasper Henderson, mijn redacteur, hield een mooi praatje en toen kwam Esther Gerritsen, mijn vriendin, die een selectie uit mijn eigen mails uit onze emailwisseling van het afgelopen jaar voorlas. We hebben een gemiddelde van 4 mails per dag.
Zo stond ik erbij, keek en luisterde ernaar, hoe ikzelf een personage werd. Een grappig doch flink gestoord wezen.
Wat daar gebeurde, is eigenlijk precies de kern van schrijven. Je hebt jezelf als materiaal en selecteert, knipt, voegt toe, laat weg en vergroot uit. En voilà: een personage is ontstaan. Alleen deze keer deed iemand anders het voor mij. Dat is vreemd. Gelukkig was Esther het, die dat als geen ander kan.
Daarna zei ik zelf ook nog iets over hoe het voelt om boek twee de wereld in te hebben geholpen - heel anders dan boek één namelijk - en toen was het tijd voor drank, geklets terwijl ik me suf signeerde.
Lastmens is de wereld in. Ik heb er zaterdag op de tentoonstelling van Paul Dikker voor het eerst uit voorgedragen. Het boek is bezig gelezen te worden. Niets kan ik meer doen. De allereerste reacties die ik kreeg, zijn goed. Meer kan ik er niet over zeggen.
Abonneren op:
Posts (Atom)